We gaan voor het eerst met z’n drietjes op vakantie. Naar het dichtstbijzijnde Landal-park. We moeten er eerst even inkomen. Het is toch even slikken als je in een huisje zit en de eerste dingen die je moet doen, zijn je baby troosten omdat ze weigert te slapen en een emmertje Biotex maken omdat ze alles onder heeft gepoept. Huilen en niet slapen, dat is nu eenmaal wat baby’s doen, of in elk geval ons exemplaar, en of je nu thuis bent of ergens anders, dat maakt dan eigenlijk geen verschil. Behalve dat je thuis je eigen spullen hebt, en een wasmachine, en je niet hoeft te worstelen met een campingbedje zonder gebruikersinstructie.
Adem in, adem uit. Als S. eenmaal slaapt, en we heel even op de bank kunnen zitten, beseffen we dat we niet moeten focussen op de stomme dingen die hetzelfde zijn, maar op de leuke dingen die anders zijn. En die blijken er uiteindelijk gelukkig genoeg te zijn. Zo zien we talloze eekhoorns en konijnen, snuiven we lekker veel gezonde lucht door alle bomen om ons heen, genieten we enorm van S. die op haar kleed speelt en van haar buik naar haar rug naar haar buik naar haar rug rolt, eten we lekkere dingen die we niet zelf hoeven koken en hebben we warempel even tijd om te lezen (ik) of te handwerken (N.).
Al met al dus toch een erg geslaagd weekeinde.