S. is wat aan het klieren, maar stopt als N. daar wat van zegt. D. wijst naar S. en zegt: ‘Kong! Kong!’ Of we haar even op de gang willen zetten…
D. vindt tekenen echt ontzettend leuk. Ze zegt ook steeds wat ze dan tekent, zichzelf, of een mama, of een giraf. Dat kun je natuurlijk niet herkennen, maar grappig is het wel. Ze houdt haar potlood ook keurig in potloodgreep vast, alsof ze al een kleuter is. Dat is ze nog niet, maar een dreumes is ze toch ook nauwelijks meer te noemen inmiddels…
Van de crèche horen we nauwelijks wat, dus D. kijkt gewoon elke dag met veel plezier naar het filmpje van S.’ juffen. ‘Juf E.! Lief!’ roept ze dan. Met S.’ meeting deed ze laatst ook gewoon mee. Ze deden ‘petje op petje af’ en toen D. steeds meer kinderen met een pet in beeld zag verschijnen, ging zij ook naar de gang om een pet te halen. De meeting erna ging D. ook gauw weer naar de gang voor haar pet, terwijl ze toen iets heel anders gingen doen. S. wilde toen natuurlijk ook weer een pet, dus zaten m’n meiden ineens weer met hun petten klaar voor de meeting.
D. kan tellen: een een een. En een paar dagen later: een een een tien! Ze kan ook de dagen van de week, door het dagelijkse filmpje van S.’ juffen. Ze wordt nog eens hartstikke slim door het thuisonderwijs.
Woorden die D. zoal kent: ‘Pita-broodje, waterval, boekenkast.’
Wat D. nooit zegt: haar eigen naam.