S. is logeren, dus D. is ineens het enige kind thuis. Wat is het dan rustig! Zeker als ze ook nog een middagdutje doet. Maar omdat de dingen gaan zoals ze gaan, wordt D. al heel snel wakker, totaal in paniek. Waarschijnlijk raar gedroomd, ik vraag me dan altijd zo af waar het over ging. Over dat S. weg is? Of dat ze van de bank afvalt? Of iets heel anders, veel abstracter? Ze mocht daarna gewoon maar eens een dvd van Lotte en Max kijken om tot rust te komen. Konden wij ondertussen ook een beetje lezen en zo. Daarna ging ze in de zandbak en kon ik rustig boodschappen bestellen, zonder dat ik steeds dingen hoefde te roepen als: ‘Samen spelen!’, ‘Nu mag D. de appel’, of ‘D., laat je zus eens met rust.’ Heel relaxed allemaal. Behalve dat ze nu een knuffel in de zandbak gooit. Tijd voor een tussendoortje.
D. zei heel lang als zo ongeveer enige woord ‘Ja’, maar nu zegt ook ‘Nee’. Het klinkt als ‘Nji’. Heel de dag zegt ze het. Was ik net gewend aan dat ‘Ja!’ op alle vragen, en zwijgen als ze het er niet mee eens was, begint ze nu steeds meer ‘Nji’ te zeggen. Met zo’n grijns op haar gezicht, en als je pech hebt, ook nog een waarschuwend vingertje erbij. O, ze is zo ondeugend en tegelijkertijd windt ze iedereen om haar vinger omdat ze er zo lief bij kijkt!