D. is wel echt een enorme boef. Natuurlijk, elke dreumes probeert dingen uit, maar D. kruipt voortdurend op de zoldertrap, kleppert met de dvd-speler, en kruipt zo uit de Tripptrapp op tafel. Dat kan natuurlijk niet, we moeten wel even op kunnen staan onder het eten zonder dat zij haar kans grijpt om op tafel te klimmen, dus hebben we het tuigje gemonteerd. N. voorspelt dat we later zo’n ding aan onze pols nodig hebben als D. leert lopen. Ik mag hopen dat die voorspelling niet uitkomt, maar als het zo is, gaan we dat zeker gebruiken.
Verder is D. vooral ook ontzettend lief en vrolijk. Ze gebaart echt de hele dag, al weten we meestal niet wat precies. ‘Boek’ is het duidelijkst, dat gebaart ze bij het naar bed gaan, en ‘konijn’ bij Nijntje. Ook zegt ze als je haar in haar stoel zet: ‘Uuuh’ en gebaart ze gieter, als opmaat voor ‘De plantjes geven water, de visjes krijgen voer’, wat we altijd zingen voordat we gaan eten.
Voor zulke kinderen leer je gebaren, want afgezien van een sporadisch ‘Mama’ (als ze niet uit bed gehaald wordt) zegt ze nog niets.