D. had een heel serieuze vraag ineens: ‘Waarom gaan mama’s en papa’s en opa’s en oma’s altijd praten met grote mensen?’
Ik: ‘Uh, omdat ze dat gezellig vinden? Wat wil jij dan dat ze doen?’
D.: ‘Dansen!’
We zaten te lunchen toen we merkten dat D. aan het plassen was. We mopperden wat, begonnen schoon te maken en haalden schone kleren, toen we merkten dat D. niets meer zei. Maar was dat omdat ze geschrokken was, of kreeg ze weer een stuip? N. nam haar op schoot, D. begon over te geven en we wisten wat het antwoord was. Ik belde maar weer eens 112, N. gaf de midazolam en we namen haar temperatuur op. Ik verwachtte dat ze koorts zou hebben, maar nee, dat was niet zo. En toen we even later nóg eens haar temperatuur opnamen, was het nog steeds niet zo. Shit. De ambulance-medewerker kende ons nog van die keer op de crèche, ook volgens hun meting had ze geen koorts. Inmiddels was ze wel bij gekomen en aan het slapen door de midazolam, haar zuurstofgehalte enzovoorts was prima, maar ze ging toch maar naar het ziekenhuis om te overleggen of er nu iets moest gebeuren nu ze er geen koorts bij had. N. heeft er zo ongeveer de hele middag gezeten maar de eindconclusie was dat ze naar huis kon, omdat we toch donderdag al een afspraak hadden bij het WKZ (die stond al). En o ja, ze hadden een ruisje gehoord bij haar hart dus daar moest maar eens een echo van gemaakt worden.
Ik ben wel heel erg geschrokken en vooral verdrietig dat ze nu ook een aanval zonder koorts had. Tegelijkertijd was de aanval zelf niet heel eng, want nou ja, we hebben het vaker gezien, we wisten wat we moesten doen en ze kwam eruit met de midazolam, dus dat ging allemaal wel. ’s Avonds rende ze alweer rondjes om de bank en riep ze: ‘Als jullie slapen ga ik stiekem naar de speeltuin!’ Zo gek, dat contrast.
Vandaag hadden we de afspraak in het ziekenhuis. ’s Ochtends had N. al gezien dat de uitslag van het dna-onderzoek nog niet binnen was, superbalen. Uiteraard wist die arts-assistent ook niet wat er afgelopen dinsdag gebeurd was, en toen ze daar wel van hoorde, ging ze overleggen met de neuroloog over of er medicatie voorgeschreven moest worden. Dat ging ons allemaal wel wat erg snel, maar gelukkig was de conclusie nu dat ze beter eerst een EEG kunnen doen en het dna-onderzoek kunnen afwachten. Maar waarschijnlijk heeft ze daarna wel medicatie nodig. Ik snap het ergens wel, want die aanvallen zijn natuurlijk ook niet goed, zeker niet als ze op de ic terechtkomt, maar ik vind het ook doodeng. Ik ben bang voor bijwerkingen, bang dat ze verandert terwijl ze nou juist zo leuk is, bang voor al het gedoe, bang voor de afhankelijkheid. Ik had zo graag gewild dat ze helemaal gezond is, en ik snap heus wel dat het nou eenmaal zo is maar ik ben nu gewoon even erg verdrietig en bang.
Wij: ‘Je hebt nu al drie borden bami gegeten, je krijgt nog een loempia en straks je toetje, je hebt echt wel genoeg gehad, je bent nu heus wel gevoed.’
D. in een volledige meltdown: ‘Nee, ik ben niet gevoe-oed!’
D. heeft een EEG gehad. Ik vond het erg spannend, maar gelukkig was de dokter ontzettend aardig en heel goed met kinderen. D. was wel heel erg onder de indruk, maar dat was juist goed want daarom werkte ze goed mee. De dokter (eigenlijk geen dokter maar goed) moest eerst alle 25 plakkers vastmaken, wat superlang duurde, maar hij leidde haar af met wat er zoal te zien was en door haar wat vragen te stellen, en D. bleef hartstikke goed stil zitten. Daarna volgde dan de EEG, waarbij ze in een lamp moest kijken, tegen een windmolentje moest blazen en op een plaat dingen moest zoeken. D. deed het echt supergoed! Ik denk dat ze dat ook wel eens anders meemaken. Ik was bang dat ze daar ter plekke een aanval zou krijgen, maar dat gebeurde gelukkig ook niet, en sneller dan verwacht zaten we alweer met een kopje koffie bij te komen. Over een paar weken volgt de uitslag, erg spannend allemaal.
D. 3 jaar en 2 maanden
Reacties uitgeschakeld voor D. 3 jaar en 2 maanden